Relatief…

“Sit next to a pretty girl for an hour, it seems like a minute. Sit on a red-hot stove for a minute, it seems like an hour. That’s relativity”

Albert Einstein…

De man had zo gelijk, het relatieve van tijd. Steeds vaker ervaar ik het zo… zaken die uren weg lijken te zijn… uren kruipen voorbij als dagen of weken en dan is het zover … en uren schieten voorbij als seconden…

Rare gewaarwording is dat kijkende naar de afgelopen jaren en alles wat er langs gekomen is dan lijkt het omgevlogen en zonder dat we er erg in hebben zitten we weer lekker een paar jaar ouder te zijn.. (ja ik niet dan he.. ik blijf eeuwig jong… en jij natuurlijk ook 😉 )

Hoe zou dat eigenlijk zijn? Ouder zijn.. als kleine jongen kon ik alleen maar naar voren kijken.. als ik 10 ben dan… en als ik 16 ben dan.. en 18 .. ja dan…. En nu .. richting de 25 (redactie: tuurlijk…. zeg maar gerust 65!) vraag je je af waar al die jaren naar toe gaan. Weet niet hoe dat mijn leeftijdgenoten vergaat (jaja die 25’ers) maar elke week lijkt voorbij te vliegen. We zijn inmiddels de zomer aan het afsluiten terwijl ik nog steeds het gevoel heb dat de lente nog niet voorbij is.

En ondanks dat het zo snel gaat lijkt soms alsof de tijd niet vooruit te branden is… wachten.. wachten..duurt lang.. wachten… 🙂 en plop.. het moment is daar ennnnnn voorbij 😀

En wetende dat elke seconde even snel gaat en elk uur even lang duurt vraag ik me soms toch niet af of we stiekem genept worden met tijd 😉

Weet nog dat ik met de jongste naar het (oohh zo handige) ziekenhuis in Blaricum (lekker joh met een eigen ziekenhuis om de hoek!! .. andere keer :P) moest brengen omdat hij een bacterie had (2 weken oud) en lag te gillen van de pijn in de auto.. en dan op de A1 rond 5 uur… ja uiteraard… file. Elke seconde duurt een eeuwigheid …

alleen het leven raast voorbij.. in sneltreinvaart..

Menno

En daar was in ene Willem… en Frits…

Zomaar in een keer was daar Willem.. Willem tweete lekker in het rondte en om redenen die mij niet bekend zijn vond Willem dat het zinloos was… Oordelen doe ik niet.. dat is niet mijn ding daar zijn anderen vele malen beter in. Maar de beste man schreeuwde om hulp op Twitter en gaf de indruk er geen zin meer in te hebben.. (het leven dan!).

Het duurde niet lang voordat dit opgepikt werd.. een aantal mensen viel het op en begon er wat van te zeggen.. helpen.. schofferen of anders … Ook was daar Frits Wester.. (en Jeanine Hennis) en hij trok het zich ook aan. Nou is het nadeel in dit leven dat als je iets bekender bent dan de gemiddelde Nederlander je direct publiek bezit bent. Zo ook Frits… hij dook er op en probeerde te doen wat hij goed vond.. Je bent het er mee eens of niet maar hij deed het wel.

Met zoveel volgers zitten er altijd mensen tussen die dat niet kunnen of willen begrijpen.. die daar aanstoot aan nemen.. waarom zou hij er zich nou mee bemoeien? Waar bemoeit hij zich mee… Nou… wellicht omdat hij iets ziet dat er uit ziet als een hulp vraag.. wellicht omdat zijn positie hem iets meer aandacht geeft dan bijvoorbeeld die van mij…

Per direct valt iedereen over elkaar heen en mijn timeline liep over van “voor en tegenstanders”… van goedzo tot oprotten klootzak… en toch deed ie het.. (en de talloze anderen die dat probeerde!) …

Mee eens of niet.. hij deed het wel.. wetende dat als hij zijn kop boven het maaiveld uitsteekt en altijd wel iemand klaar staat er met een enorme zeis overheen te gaan.. (voor het haar hoeft dat trouwens niet 😉 ) … Stel nou dat hij of niemand anders dat had gedaan en de beste man had iets gedaan waar geen ommekeer in mogelijk was.. wat dan?

Is het niet altijd zo dat we allemaal zeggen .. waarom doet niemand wat.. terwijl we van de zijlijn meekijken? .. waarom? … doe wat…

Ik vond het een teken van lef.. schijt aan de rest en gewoon doen. Ik heb inmiddels mijn mening gevormd.. ik ga er van uit dat het gedaan is uit oprechtheid en betrokkenheid.. en als dat helpt?… super!

Bang voor mensen die daar misbruik van maken? .. ja natuurlijk.. die zijn er zat… helaas.. zo verrot is de wereld wel en zeker vanuit de anonimiteit en het toetsenbord.. lekker makkelijk zieken..

Mijn openbare respect aan Frits en alle anderen die het risico namen en er wat aan deden.. de wereld kan wel wat betrokkenheid gebruiken af en toe…

Menno

Vies…

Daar zit je dan… in een leeg koud huis, de tuin is overwoekert en de spinnen nemen langzaam de buitenkant over. Binnen koud… leeg… geen leven. Op het aanrecht staat de vaat nog als een flink aantal maanden geleden.. Jas aan de kapstok en schoenen in de gang.

Op de bank ligt het kleed.. het kleed dat ze graag om haar heen deed als ze het fris had… de krant ligt er ook nog… niet dat ze die nog echt las maar ze probeerde het wel…

Boven ligt het bed nog opengeslagen, alsof ze er net is uitgestapt… tandenborstel en kammen in de badkamer… overal papiertjes en rare voorwerpen op rare onverwachte plekken.

Ik ben in het huis van mijn moeder… het huis waar ik kwam wonen toen ik 9 jaar oud was en waar ik 15 jaar later weg zou gaan om mijn eigen leven te gaan leiden.. Het huis waar ik 2 weken terug ben geweest toen mijn vader overleed… het huis waar ik elke dag van de week wel even kwam om te kijken hoe het ging…

Januari dit jaar was het over, na een lange zorgwekkende periode viel mijn moeder van de trap en werd het crisis opvang systeem in werking gesteld. Dezelfde dag nog was ze weg.. zo maar van de een op de andere dag. Weg naar een nieuw huis.. een waar ze haar in de gaten konden houden.. een waar ze de zorg zou krijgen die ze verdiende…

Het huis bleef achter… Boven op mijn oude kamer had mijn vader, nadat ik met het verlaten van mijn laatste broer thuis een grotere kamer in was gegaan, zijn plekje gemaakt.. er stond ook een beetje was en een radio. Een grote bruine kast en een kleding kast. In deze kasten was mijn vader. Alles netjes op orde gesorteerd.. de elastieken bij de elastieken.. de belangrijke papieren bij elkaar. Het was een systeem.. We dolde hem wel eens als hij weg was en legde dan een paar dingen anders… elke keer merkte hij dat 🙂 …

Ik deed de kasten open en verdomd.. hij was er nog steeds.. ruim 15 jaar later zat zijn systeem er nog in.. ondanks dat mijn moeder alles maar dan ook alles verplaatste in huis zat zijn systeem er nog in… De rest van de kamer was een enorme puinhoop.. alles door elkaar en geen enkel systeem… maar de kasten .. ja die wel .. ontroerend om te zien.. even was hij er weer bij…

Ik was daar bezig … er moet wat gedaan worden.. spullen moeten worden uitgezocht en weggegooid.  het kan niet anders.. het huis moet leeg. Voordat ik er aan toe kwam ben ik elke kamer doorgelopen en elke kamer heeft herinneringen.. elke kamer geeft een inzicht van de laatste tijden die mijn moeder in “haar lekkere huisje” zoals ze dat altijd zei.. Meerdere uren heb ik er over gedaan… en meerdere tranen zijn gevallen…

Ik ben begonnen met de kast.. beneden.. de kast van haar moeder.. die haar altijd het gevoel gaf dat haar moeder er toch een beetje bij was. Zij is eind jaren 80 na een lang ziekbed overleden.. de laatste 5 jaar van mijn oma kon ze niet meer praten. Ze had 11 hersenbloedingen gehad en inmiddels onherstelbare schade aan haar spraak en linkerkant van haar lijf.. Ik vergeet nooit.. ze kon alleen maar brabbelen maar zo af en toe heel onverwacht en zeker als ze gefrustreerd was omdat ze niets kon zeggen dan zei ze uit het diepst van haar hart.. “godverredomme…”uit pure frustratie.. maar zo helder zo duidelijk… sja bijzondere oma .. haar foto staat op de kast…

Die kast dus… bovenste gedeelte… helemaal vol … zakdoeken, papiertjes, theedoeken , bakjes, doosjes,dingetjes.. een complete chaos.. elk papiertje moet je doorkijken.. en elk vertelt een verhaal over haar leven alleen in dat huis.. Zo vond ik krantenknipsels waar onze (mijn broers en ik) vermelding van geboorte op staat.. trots bij elkaar gebonden… zo vond ik briefjes met bedragen… voor hoeveel ze verzekerd was .. duidelijk er bij geschreven.. “Crematie” .. alsof ze het wist dat ze ooit die beslissing niet meer zou kunnen nemen…

Het is een hele rare gewaarwording.. in haar huis.. snuffelen door haar spullen.. een doos op tafel en een vuilnis zak er naast.. wat gaat weg.. wat niet… waarom? …

Het is een raar idee… ze zit levend en wel 2 kilometer verderop… op haar stoel volledig in haar eigen vaak trieste wereld… en ik… ik snuffel door haar spullen.. het voelt vies… heel vies…

Menno

ps, kreeg van een lieve tweep (dank je Nicole!) een mooie tekst.. geschreven door wijlen Jos Brink.. past er mooi bij…

Een adressenboek, een notitieblaadje
Annie morgen jarig. Achtentwintig maart is Annie blijkbaar jarig.
Nooit gehoord van Annie gehoord
Een paar sloffen vind je. En een filmsterplaatje

Zomaar niks, een plaatje. Waarom dat bewaard is
Weg ermee. Want alles willen houden kan niet

Het Troskompas, en Varopabrood
Z’n bril, z’n Dentofix, een doosje schroeven
Wees eerlijk, zou je zelf die rotzooi hoeven
‘t Was van je vader, ja, maar die is dood
Wat is een potlood nog, een schemerlamp
Wat is een foto van nog voor z’n trouwen
Nou ja, die hou je dan, je mag toch wel iets houwen
1921, Pinksterkamp

En dat adressenboekje, een notitieblaadje
Het portret van mama in een Hemalijstje
En naast de laatste post de sleutels van de wagen
Een stapel foto’s, achter in een laatje
Nooit es ingeplakt. He, wie is dat meisje
Is dat tante Mary? Moet ik ‘r toch eens vragen

“Hoe gaat het vader? Heb je weer wat trek
Je hebt wat tijd nodig om uit te zieken
We zullen ‘n jonge vent van je fabrieken
Je gaat niet dood. Welnee zeg, ben je gek
De dokters zijn vandaag wel zo geleerd
Kom, nou niet huilen pa, ik ben toch bij je?”
Je vader is een kind dat ligt te schreien
Mijn God, de rollen zijn wel omgekeerd

En dat adressenboekje, een notitieblaadje
Annie morgen jarig, Annie of Trudy of Lize
‘t Zijn levens in een leven, namen, namen, namen
En die sloffen vind je. Sloffen! God wat haat je
Zo’n postume schoonmaak. En de directrice
Zeurde: “Ach meneer, dat doen we morgen samen”

En het kan niet samen. Want zo’n afscheid is
Geen zaak van hem en mij met nog een vreemde
Je zoekt je weg alleen als een ontheemde
Je doet het nog es, de begrafenis
Je legt zijn hele leven op een rij
In dode dingen die zijn uitgezworven
De dingen die met hem zijn meegestorven
Gestorven, net zoals het kind in mij…

Tekst: Jos Brink, muziek: Henk Bokkinga

Slechte gedachte…

We lopen binnen en ik zie het direct, langzaam schuifelend aan de relingen die aan de muur bevestigd zijn loopt ze door de gang. Rode ogen en neergeslagen gezicht. Was al een paar dagen niet geweest en keer eigenlijk uit naar een iets dat we de laatste weken hadden. Beetje lachen, kijken en genieten van de najaarszon… helaas…

Ik roep haar en ze kijkt langzaam op… normaal een blij gezicht omdat ze een voor haar vriendelijk gezicht ziet… nu direct tranen in haar ogen. Ze weet niet we ik en we zijn maar door de aandacht en misschien een vreemdsoortige herkenning geeft ze toe aan haar schijnbare verdriet. Ik vraag haar of ze lekker mee gaat een kopje koffie drinken en even lijkt ze om te slaan en vrolijk te worden. Ook het aanzicht van Mira (de hond) en Nick de jongste die in de buggy eens keurend omhoog kijkt naar oma.

Het bijzondere is dat de fysieke staat van mijn moeder direct gelinkt is aan haar psychische staat. Is ze vrolijk en opgewekt dan loopt ze rechtop, hoofd naar voren en met redelijke pas… is ze terneergeslagen loopt ze met veel twijfel en langzaam. Ik geef haar een arm en neem haar mee de gang in. Het gaat langzaam… heel langzaam… onderweg brabbelt ze wat en af en toe begint ze te snikken. Ze kan vandaag slecht tegen herrie en de vreugde kreten van Nick die onderhouden wordt door zijn zus voelen bij haar als gillen en onwenselijk.

Buiten schijnt de zon en ondanks dat het niet heel erg warm is geeft de zon voldoende reden om lekker buiten te zitten. Ook hier als ze in slechte staat is heeft ze het altijd koud… vandaag niet anders. Ik hang mijn jasje over haar heen en dat helpt. Iets drinken is wat we altijd doen, koffie, sapje en soms wat lekkers er bij.. ik beperk me tot drinken… Ik vraag aan haar wat ze wil drinken…

“ja… euh… … ja… he?”

of je wat wilt drinken ma…

“ja dat is goed….”

Wat wil je hebben?

“he? oh.. wat een lekker klein jong is dat toch… ”

Ja inderdaad.. lijkt op zijn vader he…

“he? .. ja tja… weet je nog dat vanmiddag iets doen….”

Ja was goed he? .. maar wil je koffie? of iets fris?

“even denken .. eeh.. sja… ” *ze heeft iets aan haar handen.. er zit niets maar ze legt het maar op tafel neer..*

Koffie? zal ik koffie meenemen? Lekker warm…

“ja eeuh.. koffie? ja… weet jij nog wat toen ..dddd sja ach weet nee”

Ik neem lekker koffie mee….

Terug aan tafel met koffie en snoepjes (die zachte gekleurde gesuikerde snoepjes)… Ze heeft een enorme snotneus die al door Bri meerdere malen was schoongemaakt maar de zakdoeken waren op. Gil haalt wat extra servetjes. Ik vraag haar of ze een snoepje wil en krijg eigenlijk geen antwoord. Ze zit op haar stoel en zit alsof ze elke moment snel op moet staan..onrustig en steeds met haar hand. Ze heeft in haar hoofd steeds het idee dat er iets in haar hand zit.. of aan zit. De hele tijd zit ze er aan te frummelen en houd ze haar duim, wijs en middelvinger strak tegen elkaar aan. Vaak doet ze haar hand boven de tafel en probeert er af te krijgen wat er heel niet zit.

Of ze een snoepje wilde had ik gevraagd eerder… haar neus is weer vol en ik geef haar een servet, “voor je neus te snuiten ma” roep ik nog en ze doet de servet rechtstreeks in haar mond…. Even geen idee wat er mee te doen zit ze daar met een servet in haar mond.. als de situatie niet zo wrang was geweest had ik er waarschijnlijk (met haar) heel hard om gelachen ooit…

Ze pakt 1 keer haar koffie terwijl we er waren.. neemt 1 slok en zet het kopje achter de schotel neer..  Haal je de schotel weg zet ze het kopje gewoon weer ergens anders neer. Wij hebben haar meerdere malen gewezen op de koffie maar op een verdwaasde blik en een soort van pakken na is de koffie verder koud weggegaan.

Terug naar de woonkamer lijkt ze even iets op te leven maar echt opgewekt zal ze niet worden. Op een slenter gangetje lopen we terug, ik probeer nog op een manier tot haar door te dringen maar de apathie neemt langzaam maar zichtbaar zeker steeds meer van haar leven over…

Alweer snikkend blijft ze achter.. aan tafel met een mopperaar, een iemand die nog verder is dan haar en een ander… en ik betrap me er op dat ik steeds meer moeite krijg moed te verzamelen haar te bezoeken… en dat voelt heel slecht…

Het zal ook niet gebeuren, tot haar laatste ademstoot zal ik er lastig blijven vallen…

Menno