Geef me zand en stenen

 

Iedereen heeft wel zijn dingetje, zo’n dingetje waarvan je denkt “zou ik de enige zijn?” Ik heb dat met stenen en zand. Zet mij aan het strand en voor dat je er erg in hebt zit ik met mijn handen in het zand te wroeten. Vaak begin ik met een poging om via het strand de bestelling bij de Chinees rechtstreeks op te halen in China. Ik ben er vooralsnog niet in geslaagd zo diep te komen.

 

Nadat de kuil is gegraven (Duits model) ligt er logischerwijs een stapel zand naast de kuil. Dat is van dat vaste zand dat nattig uit de grond kwam. Het lijkt droog maar als je er een paar keer met je vlakke hand op tikt komt het water weer naar boven (LEERMOMENT: capillaire werking! noteer dat). Maar naar verloop van tijd is het een harde bonk zand. Als je daar dan met je hand overheen gaat kun je het schaven. Gladmaken en modelleren.  Dan ga je weghalen, bijplaatsen, structuur aanbrengen, zand halen, schelpje zoeken en gereedschap. Voor je het weet ontstaat er iets uit die hoop zand. Soms een hond, dan een schildpad en ook wel eens een zeemonster. Ooit een gillend gezicht in een kuil gemaakt op het strand 🙂

 

Je weet dat het een zinloze actie is ondanks dat er best wel eens mensen voorbij lopen die je werk bewonderen of aangeven dat wat jij in je hoofd had er niet helemaal uitkwam als ze je hond een mooie “kwal” noemen. Maar zinloos is het want binnen enkele uren neemt het water weer bezit van het zand of de maatjes 44 stampen zonder enig pardon je kunstwerk plat als je net je hielen gelicht hebt. En toch blijf ik het doen, elke keer weer.. Vaak doen mijn kinderen ook mee en stiekem hoop ik dat ze dat later zullen herinneren!

 

Ik herinner me dat we vroeger naar Oostenrijk op vakantie gingen. Naar de bergen in de zomer (ja jeugd van tegenwoordig dat deden we vroeger en nee dan gingen we NIET skiën) Heerlijk ik ruik de lucht van de bergweide in de zomer.  De warmte, de zoemende insecten en het hoge gras. De cliché bellen op de koeien (die toen overigens nog gewoon bruin waren en niet paars) heerlijk. Het mooiste kado was om tijdens een van de vele berg bezoeken een stroom te kruisen. Sterker nog ik stuurde er vaak op aan. “Zullen we naar het stuwmeer gaan” vroeg ik omdat ik wist dat het stuwmeer gevoed werd door een prachtige rivier.

 

Aan de rivier dreef ik mijn ouders (en mee vakantie vierende kennissen) tot wanhoop. Een rivier en bakkie junior was weg.. aan de kant en steen voor steen de rivier in. Wat er ook gebeurde ik moest en zou de rivier stoppen of minimaal een ander verloop geven. Blaren op mijn vingers, blauw van het ijskoude water dat rechtstreeks van de Gletsjer naar beneden stroomde. Uren was ik bezig met stapelen van stenen .. net zo lang ik er van overtuigd was dat het water voor de stenen een halve meter hoger was dan er voor. Meestal uitte zich dat in het feit dat het pad waar de berg toerist normaal liep inmiddels was ingenomen door het water dat ik zo hard had proberen te stoppen in de rivier.  Het werd me niet altijd in dank afgenomen trouwens 😉

 

Rivieren groot of klein het maakte me niet uit. Sterker nog als het heel hard regent in Nederland en ik zie in mijn buurt dat het water in de goot naar de put loopt dan nog heb ik moeite om niet met een paar stenen aan de gang te gaan en dat water om te leiden of vast te houden. Tot wanhoop heb ik ze gedreven, een ieder die met mij aan het strand of rivier was… en ik hoop zo vurig dat het virus zich heeft genesteld op mijn kroost. Dat ook zij zand en stenen zullen gebruiken om tijdelijk iets te maken wat echt van hen is, gemaakt door hen met hulp van helemaal niemand. Mijn dochter is al vast begonnen 🙂

 

 

Bootvolk

Het is weer typisch Nederlands weer, vorige week gingen we in zuidwester met wanten en sjaal de straat op en deze week vallen de mussen (waarom eigenlijk mussen???) dood van het dak. Ik vind het heerlijk, kan goed tegen de warmte of beter gezegd ik denk dat ik vroeger een koudbloedig dier ben geweest dat de zon nodig had om op te warmen. Lekker broeien in de warme voorjaarszon.

 

Daar ik lekker een paar dagen vrij genomen had van de Social Media (aanrader, moet je doen zo nu en dan!) had ik lekker tijd voor andere dingen. De was, de vaat, stofzuigen… 😉 nee ik had tijd over aan het einde van elke dag viel me op dat mijn batterij van mijn telefoon niet leeg was. Teken aan de wand? Maar dat is een ander blog. Gisteren ben ik lekker met een gedeelte van het kindervolk na het eten naar een strandje in de buurt gegaan. Het is een strandje waar ik al heel lang kom. Vroeger op de fiets, soms met de boot en tegenwoordig met de auto. Ik heb er heel veel goede herinneringen.

 

Dat strandje is zo lekker omdat het overdag best druk is maar ‘s avonds na het eten is het er rustig. Zo ook gisteren. Er speelden een handvol kinderen en er zaten een paar mensen te genieten van de avond zon. Het water was nog wel koud maar die bikkels van mij trokken zich daar niet zo veel van aan. Met een grote plons doken ze lekker het water in.

 

Ik zat aan de kant en zo nu en dan hielp ik mee met het bouwen van ons 2 miljoenste zandkasteel aan een water ergens in de wereld. Lekker vrotten in het zand met de blote voeten in het frisse water, zon op het koppie, shirt uit.. heerlijk. In de tijd dat ik niet aan de meesterlijke bouwwerken bezig was zat ik aan de kant (of kade zoals de watermens dat noemt.. vasteland mag ook!). Voor me de jongens lekker aan het zwemmen. Er zit een balk tussen het ondiepe gedeelte en het wat diepere gedeelte, prachtig ding om van af te duiken. Achter die balk zit de doorgang tussen de ene en de andere kant van Loosdrecht. Daar varen zoals te verwachten is bootjes langs. Daar het een smalle doorgang is varen er geen echte grote boten gelukkig wat het zwemmen voor de kinderen een stuk veiliger maakt.

 

Ik heb daar gewoond voor een korte periode. Aan het huisje waar we zaten kwamen dagelijks de water toeristen voorbij. Het was in de zomer een drukte vanjewelste voor de  deur met boten die elkaar krampachtig probeerden te passeren in de smalle doorgang. Afhankelijk van het tijdstip liep dat altijd uit op scheld partijen en soms vechtpartijen (en dan niet de Vecht als in rivier).

 

Aan de kant zat ik dus, lekker te genieten en de bootjes kwamen langs. Omdat het wat later op de dag was kwamen er geen enorme hoeveelheden meer langs. Ik zag in ene weer wat ik jaren geleden ook zag alleen scherper deze keer (zal wel met de leeftijd [RED: bijna 41] te maken hebben).

 

Ik probeerde ze in te delen in groepen, vind ik leuk.. ook ooit al eens gedaan met de bezoeker van een camping (wat 1 van de meest gelezen blogs is trouwens). Het bootvolk dus!

 

Genieters:

Dat zijn de echte, de mensen die halverwege Januari al beginnen na te denken over het moment dat de boot het water weer in mag. Maakt niet uit of het een jacht of roeiboot is. Deze mensen leven voor en met het water en pakken elk vrij moment aan om op het water te zijn. Ze zijn ook altijd heel goed voor hun boot. Keurig onderhouden, wellicht oud maar keurig onderhouden. Meestal minimalistisch maar in ieder geval altijd praktisch. Je kunt daar aan boord stappen (jaja boot taal!) en van te voren al weten dat alles voor elkaar is. Er is een thermos met koffie, broodjes of pakje koekjes en achter de boot hangen de flessen met fris of heel soms bier. De genieters drinken gematigd aan boord, genieten van de zon, het water, de rust. Varen een stuk de plas op en zoeken een mooi plekje met uitzicht vanwaar ze genieten. Puzzelboekje, verhalen bundel, Harleqijn boeken.. Geen radio of indien wel dan staat deze op Radio 1,2 of 5. Al kunnen ze maar een uurtje het water op.. ze zijn er!

 

Bourgondiers:

De gelegenheidsvaarders. Ze hebben een boot of huren er een. Tas met Rose mee de boot op, chips en toastjes. Ze varen ook met plezier al gaan ze nooit zo ver. Hebben wel de belangrijkste zaken aan boord maar de kans is klein dat je een harleqijn aan boord treft. Lekker aanleggen waar het niet al te rustig is (preferabel voor een strandje of andere verzamelplaats) om daar lekker in ontbloot bovenlichaam te genieten van alles wat ze gegeven is in het leven. Het zijn de leuke campinggasten op de boot zeg maar. Je hebt er geen last van, zijn vaak sociaal en houden van een drankje en een hapje en zijn niet te beroerd dat te delen met de omgeving. Soms een slokje teveel waardoor de boot niet de beste koers terug neemt maar meestal komt het wel goed.

 

Johnies en Anita’s (tegenwoordig beter bekend als Henk en Ingrid):

Die komen in 2 klasse, je hebt de versie waar het echt geen ene reet uitmaakt waar ze in varen zolang ze maar varen. Criteria voor het varen zijn: Ruimte voor bier, ruimte voor bier en ruimte voor een radio/iPod/Ghettoblastert/vulinwatherriemaakt Met net iets te veel mensen proppen ze zich in het drijfbare stuk materiaal en luidkeels banen ze zich een weg over de plas heen. Zeer zeker leggen ze aan waar iedereen goed kan zien dat ze er zijn.. Lekker gezellig, zeg maar de camping gast die je liever NIET als buren hebt.

De andere varen in een boot die hoogstwaarschijnlijk meer heeft gekost dan mijn huis. De prijs per vierkante centimeter van de boot is gelijk aan de goudprijs ongeveer. Liefst in een witte kleur met heeeeeeeeeel veel dek ruimte. Immers op het dek kun je zonnen en mensen meenemen. Ze hebben ook een “gas geef probleem” en dat uit zich vrij duidelijk. Ze zijn zelden in staat 1 snelheid te varen gedurende meer dan 10 seconden. Het is Gas open….. gas dicht… gas open… gas dicht.. Het allermooist zijn de blikken als ze langs varen. Ze varen dan heel even langzaam tot dat ze zien dat er voldoende mensen zijn die zouden kunnen opletten en juist op dat moment trekken ze het gas vol open! Hekgolven in de maat “Tsunamie medium” overspoelen de kleine kinderen en laat de kastelen aan de kant smelten tot zielige hoopjes modder. Als ze dat doen kijken ze ook altijd een beetje smalend opzij. Zo van “ik ben te gek want ik heb een grote dure boot en dat wil ik jullie graag laten zien, horen, ruiken en indien nodig.. voelen!”

Als dat niet voldoende resultaat heeft wat betreft de aandacht gaat vaak de radio op 10 en knetterende speakers braken of hele foute 90’s house of Hazes. Het is vaak nog erger als ze een hele dag het water bezoeken want aan het einde van de dag, als de lege flessen rose en bier in de plas  zijn geflikkert proberen ze aangeschoten terug te varen. Dat ze daar dan evenveel ruimte voor nodig hebben als een Tanker die de Atlantische oceaan bevaart hebben ze dan niet meer in de gaten. Vloekend en tierend geven ze iedereen de schuld dat ze niet opletten en dat ze de tyfus kunnen krijgen…

 

De ventjes:

Leuke groep, ze zijn vaak te jong om in een bootje te mogen varen en gaan daarom vaak pas laat de plas op. Ze hebben dan minder kans gepakt te worden door de waterpolitie. Lekker raggen in een speedbootje, zodiac of roeiboot met kleine motor er achter. Vaak hangt er wel een kind achter of naast en het ergste aan boord is een fles cola en een zak chips. Jammer is dat vaak die zak chips in geleegde staat de volgende dag aanspoelt op het strandje… Ze genieten van de zomer, hebben of gespaard voor de boot of hebben gewoon het geluk dat ze ouders hebben die ze dat kan geven. Geen bravoure gewoon kinderen…

 

De verwende ventjes:

Haal je er ook zo uit, vaak hebben ze een boot die echt veel te mooi is. 12,13 of 14 jaar en dan in een boot die minimaal 25 PK heeft (inboard [RED:dat is boot taal voor een motor die er niet achter hangt]) grote bek, vriendje er naast en dan stoer varen. Langs het strandje.. heen en weer op en neer. Een kolere herrie komt van de boot af uitgekotst door de high tech ultra boombox welke is aangesloten op de i(vul zelf een apparaat in) en waarvan de nummer nog sneller wisselen dan Britney Spears van relaties. Vage hoop dat al die blikken van jaloezie van de kant naar hun kijken. Genietend van het verschil tussen de gewone lul die met een plastic bootje in het water speelt en hen.. Zoekende naar meisjes aan de kant… stoere blik en met een beetje gelijk in merkkleding, merkbril en bijpassende bootschoenen. Die kinderen zelf kunnen we weinig aan doen, ze zijn het product van de opvoeding die ze genieten en sommige opvoeders denken nog steeds dat compenseren van afwezigheid met mooie spullen de juiste manier is. Zeg maar afkopen van de kinderen voor de glorie van het geld en de carrière.

 

En ik, zit aan de kant.. geniet nog steeds van de kinderen die met niets genieten van iets. Een steen, een plantje en de bouwwerken. En ik geniet van de zon die tegenover me onder gaat. Van fel geel kleurt naar een diep oranje… de silhouetten van het spelende volk voor me.

Ps, ook ik had ooit een boot. Een kruisertje waar we heel veel plezier van hebben gehad. Lekker varen op de avond, flesje cola mee of een kop koffie en dan de plas op. Stukje varen en dan aanleggen en genieten van het klotsende water, ondergaande zon en verder niets. Welke categorie viel ik in eigenlijk?

 

Gat

“Iceberg!!!” riep de uitkijk vanuit zijn kraaiennest op de Titanic. Het was al te laat, wat ze ook deden het schip voer te snel en was te log om op tijd te draaien. Het enige dat ze konden doen was de schade zoveel mogelijk beperken. Het schip raasde met veel te hoge snelheid en massa langs de ijsberg en die vrat zichzelf in de stalen zijkant.

 

“Niets aan de hand” moeten ze gedacht hebben (we hebben allemaal de film gezien) de waterdichte compartimenten houden ons wel droog immers het schip kon niet zinken. Met alle techniek en knappe koppen die het bedacht hadden moest dat wel werken. De geschiedenis neemt het over en bewijst dat de knappe koppen het volledig mis hadden.

 

Langzaam maar zeker stroomde het schip vol en met man en macht probeerde de mensen aan boord zich in veiligheid te brengen. Te laat kwamen ze er achter dat er simpelweg niet genoeg mogelijkheden waren om van het schip af te komen. Die reddingsboten waren er wel maar niet genoeg voor iedereen .. het schip kon namelijk niet zinken .. toch? Wat moet je dan met reddingsboten. Berustend in hun lot zat de een terwijl de ander koste wat kost wilde overleven… de pogingen waren voor de meeste kansloos.

 

In het echte leven is het weinig anders, we varen zo hard als we kunnen en zijn er van overtuigd dat wat wij doen goed is. Ons schip kan niet zinken want wij zijn onzinkbare mensen. Vaak nemen we niet eens de moeite om de uitkijk op het kraaiennest van ons leven serieus te nemen of überhaupt te zien terwijl we weten dat de uitkijk er zit om ons te waarschuwen.

 

Verblind door carrière, uiterlijk vertoon, geld of puur egoïsme gooien we nog een extra schep kolen in onze levensmotor om nog harder te kunnen gaan. Uiteindelijk krijgt iedereen een ijsberg op zijn pad. De slimme persoon heeft aandacht voor zijn uitkijk en weet dankzij goed laveren een ramp te voorkomen. De ander let nergens op en vaart heads on het koude stuk ijs binnen. De rest probeert de botsing te voorkomen en sturen zich wild en lam… sommige slagen .. sommige falen.

 

De ijsberg slaat een gat in je romp, zij die oplettend waren zullen zien dat het gat ernstig is maar waar met vereende krachten en hard werken het gat nog zeker gedicht kan worden. Het zal een tijdje lekken en het vertrouwen in de romp zal niet meer zo zijn als daarvoor maar het schip kan een veilige haven vinden. De onoplettende kapitein knalt er boven op en zal in korte tijd kopje onder gaan. Afhankelijk van zijn of haar eigen doorzettingsvermogen en de omstandigheden is overleven wellicht mogelijk maar het schip is verloren voor eeuwig.

 

De mens die half oplet en op het laatste moment een ramp probeert te voorkomen zal apathisch staan te kijken naar het gapende gat in zijn of haar schip, wetende dat de schade te groot is om te repareren maar zonder de wetenschap dat het uiteindelijk het schip doet zinken. Lang zal die persoon twijfelen. te lang. Op zoek naar een reddingsboot en de gelukkige vinden die. Een boot die minder comfortabel is dan het schip, langzamer vaart en geen bescherming biedt uit het verleden maar.. ze varen nog en ze kunnen met een beetje geluk de weg naar het vaste land vinden. Wellicht opnieuw beginnen maar nooit meer onbezorgd varen zoals voorheen. Geen vertrouwen meer in “het onzinkbare schip”.

 

Zij die het redden en het vaste land weer bereiken moeten daar de balans opmaken. Ervaren wie en wat ze missen, wat met het schip ten onder is gegaan. Het is er nog maar onbereikbaar en uiteindelijk zal het vergaan tot bouwstof voor iets nieuws. Het gemis zal altijd een onderdeel blijven van hun leven en zal een zelfde gat slaan als de ijsberg in het schip. Een enkeling zinkt omdat die geen kans ziet het gat te dichten.

 

Verreweg de meeste blijven drijven, al is het soms met de neus net boven water. Al verliezen ze soms de wil om te blijven zwemmen in het koude water, wetende wat ze achterlaten. Zij kijken vaan naar het gat dat is gedicht en wat met de jaren steeds minder gaat lekken maar nooit helemaal dicht zal zijn. Ze kijken er met regelmaat naar en proberen te leren van de gebeurtenis en geven wat minder gas. Ze zijn uiteindelijk minder snel en voorzichtiger waardoor ze zichzelf ook een hoop ontzeggen. Niet de leuke dingen doen die onvoorspelbaar zijn, want voor je het weet drijft er een nieuwe ijsberg voor je schip.

 

Sommige blokken het compleet uit hun leven en zetten een denkbeeldige kast voor de plek waar een gat zit, doen alsof en nooit wat is gebeurt en kijken de andere kant op. Slot op de deur, don’t look back … vol gas vooruit…op weg naar de volgende ijsberg! Misschien zijn die mensen wel het gelukkigst….

 

 

misschien wel…

 

Angst

Wie weet ben ik de enige die het opvalt (zou niet de eerste keer zijn en dat is niet per saldo positief) dat alles om ons heen steeds meer gefundeerd is op angst? Angst voor “de buitenlander’ angst voor “de crisis” angst voor “de huizenmarkt” angst voor “de buurman” en angst om de angst. Knettergek van de journaals waarin doem scenario op doemscenario geschetst wordt.

 

Nou weet ik ook wel dat we dingen hebben waar we angstig voor moeten zijn. Het constante vervuilen van ons planeetje of het steeds schaarser wordende goedje dat Olie heet. Schurkenstaten met kernwapens en de immer doorlopende hartverscheurende armoede in grote delen van onze mooie wereld.

 

De politiek maakt daar ook mooi gebruik van, populistisch braken ze de ene angst over de andere heen. Tsunamies van god weet wat mogen we verwachten als we sommige heren moeten geloven. “Alles stort in elkaar als we nu niets doen” zegt de ander. “Laat ze de tyfus krijgen in die arme landen” dat geld hebben we zelf nodig. Het voordeel is (voor die heren) dat ze in die landen inderdaad vaak de tyfus krijgen in verband met het ontbreken van schoon drinkwater. Je kent het wel dat spul waar wij onze drollen mee weg spoelen en daar een liter of 9 voor gebruiken per keer.

 

Nee geen hulp meer, “het zijn allemaal corrupte klootzakken in die apelanden” en ja dat klopt voor een deel ook wel. Er gaat geld verloren aan mensen die misbruik maken van de goedheid van anderen.. NEWSFLASH! Maar is dat dan reden om niets meer te doen? Het is natuurlijk wel belangrijk dat “wij” minimaal 2 keer per jaar op vakantie kunnen.. toch? “Laat ze lekker de tering krijgen daar in die zon..”  nou ja dat krijgen ze dan ook vaak…!

 

Angst draait het allemaal om en daarmee lijken we inmiddels steeds meer op onze grote voorbeeld. De grote boze vader van de wereld waar de mensen opgevoed worden met angst en beven. Waar de televisie alleen maar praat over angst en doem. Daar waar de hamburger een nationaal symbool is. Daar waar reclame zoveel tijd in beslag neemt dat er nauwelijks tijd is voor televisie. Daar waar je alleen kunt leven als je wat bent. Daar waar vuurwapens gewoon in de la mogen liggen. Daar waar iemand neerschieten uit zelfverdediging (sja als je iemand met een hoody op straat ziet lopen en die volg je en dwing je in een hoekje dan is schieten natuurlijk je enige optie, dat is logisch.. ) En dat vind ik persoonlijk dan wel weer een angstig idee.

 

Ben der wel klaar mee met die angst voor alles eigenlijk. Natuurlijk moeten we op dingen letten en gezond verstand laten zegevieren. Vanzelfsprekend moeten we samen wat zuiniger zijn op die lompe draaiende bol in dat grote zwarte gat en ja we moeten angstig zijn voor idioten met een kernwapen.. maar voor de rest kan wat mij betreft al die angst beter ingezet worden in iets anders. Gezond verstand is er daar 1 van!

 

Gezond verstand gebied me trouwens ook te zeggen dat wat mij betreft in de budget afspraken voor dit mooie landje nog een stukje ontbreekt. Als we ziek worden de komende jaren dan worden we verwacht € 7,50 per nacht te gaan betalen voor verblijfskosten zeg maar. Allemaal best, ik ga er van uit dat de chronisch zieken daar een uitzondering op vormen, maar kunnen we dan ook regelen dat alle mensen die in bewaring zitten (lees gevangenis, de petoet, de bajes, tussen 4 muren etc etc) dat ook gaan doen? Lijkt me niet meer dan logisch eigenlijk toch? Geeft weer wat extra inkomsten die hopelijk goed gebruikt gaan worden.