Dweep en co

Wat maakt een “goede vader”? Een vraag die ik me nog wel eens stel. Geboren uit onzekerheid misschien, uit een gevoel van spijt of angst. Hoe beantwoord je een vraag als dat. Zelf die vraag beantwoorden is onmogelijk denk ik. Je kunt voor jezelf bepalen of je “genoeg” doet voor je kroost maar ja wat is genoeg.

Is dat elke Zaterdag langs de lijn staan? Is dat er “zijn” als ze uit school komen of is het dat ze je zien als vriend in plaats van vader. Ik weet het niet maar wat ik wel weet is dat ik voor allemaal heel veel over zou hebben en heb. Deze week ging er 1 onder het mes. Correctie van een pols die helaas niet goed gezet was. Operatie, snijden, plaatjes en schroeven in de pols etc. Door omstandigheden waren we in eerste instantie met zijn tweeën in het ziekenhuis en ging alles heel snel. Voor dat we het wisten waren we op de O.K. en ik modieus verpakt in een chirurgisch pak met teletubbie voeten.

De man van de verdovingen maakte de cocktail klaar en ik grap nog wat om de stemming en het moreel hoog te houden. De narcose wordt ingebracht via het infuus slangetje en langzaam trekt ze weg. Voor iedereen die dat meegemaakt heeft bij zijn eigen kroost weet dat dit al geen prettig gezicht is. Het wegvallen van de ogen .. daarbij kwam ook nog eens een stuip waarbij de armen en de benen een eigen leven gingen leiden. Samen hielden we haar op de tafel.

Compleet onder de indruk van alles loop je dan weg en laat je iets heel belangrijks van jezelf over aan een ander. De blik van het moment van narcose staat op het netvlies terwijl je een beetje doelloos door de gangen loopt. Na een goede  2 uur mag je naar de uitslaap kamer en zie je haar worstelen om wakker te worden. Als ze dan een beetje wakker wordt zie je dat ze pijn heeft. Dikke vette gemeende tranen rollen over de wangen. Je weet dat ze dat eigenlijk nooit doet en absoluut geen piepert is. na een halve minuut kan ik het niet meer aanzien en vraag aan de verpleegkundigen of ze haar willen helpen. Morfine is de truc en gelukkig helpt het.

De dag gaat verder en na pijn, proberen te staan, misselijkheid en ongemak door gips mogen we weer naar huis.

Pas ‘s avonds laat realiseer ik me hoeveel zo’n dag eigenlijk met je doet en het was ook toen dat ik dacht.. ik ben er misschien niet altijd en ik ben misschien niet de coole vriend of de (altijd) voetballende vader maar ik zou zonder aarzeling direct van plek wisselen als ik haar (of wie van mijn kinderen dan ook) daarmee de  pijn en verdriet zou kunnen besparen…

de geschiedenis van de toekomst zal gaan bepalen hoe ik later gezien ga worden als vader. Of ze me kwalijk nemen wat voor moeilijke beslissingen ik (en we) hebben moeten nemen en moeten gaan nemen. Of ik er genoeg was en als ik er was ook wel ECHT was. Of ze een kans hebben gekregen in het leven en of ik (lees: we) ze al het mogelijke hebben meegegeven om op basis van eigen inzicht met een vleugje “ouderlijke overdracht” hun leven in te vullen zoals ze dat zelf willen. En dan denk ik.. ach ik ben in ieder geval geen slechte vader 🙂